EN Engels wooordenboek: lock
lock heeft 110 vertalingen in 12 talen
vertaling van lock
- afsluiten (v) [door]
- op slot doen (v) [door]
- geblokkeerd raken (v) [automobiles]
- haarlok (n) [hair] {m}
- lok (n) [hair] {m}
- sluis (n) [canal] {m}
- slot (n) [door] {n}
EN ES Spaans 11 vertalingen
EN FR Frans 6 vertalingen
- fermer à clef (v) [door]
- bloquer (v) [automobiles]
- boucle (n) [hair] {f}
- boucle de cheveux (n) [hair] {f}
- écluse (n) [canal] {f}
- serrure (n) [door] {f}
EN IT Italiaans 14 vertalingen
EN PT Portugees 7 vertalingen
EN DE Duits 41 vertalingen
- Anschlag (v) {m}
- absperren
- abschließen
- schließen (v) [door]
- verschließen (v) [door]
- blockieren (v) [automobiles]
- zuschließen
- Sperre
- Haken {m}
- sperren
- Einschlag {m}
- Riegel {m}
- Verschluß (m)
- Locke (n) [hair] {f}
- Schleuse (n) [canal] {f}
- Schloss (n) [door] {n}
- einrasten
- rasten
- Schloß (n)
- verriegeln
- Verriegelung
- Verschluss {m}
- einschlagen
- Zunge {f}
- arretieren
- Wehr {n}
- Sperrhaken
- Siel {nm}
- Lock
- Türschloß
- Schneckerl
- Datensperre
- unter Verschluss
- Selbsthaltung
- Spurkreis
- etw. abschließen
- Gelock
- (wheel) Anschlag
- Einschlag (Reifen)
- schließen (abschließen)
- zuschließen (mit Schloß)
EN SV Zweeds 6 vertalingen