NL Nederlands wooordenboek: van wie
van wie heeft 53 vertalingen in 17 talen
Ga naar Vertalingen
vertaling van van wie
- whose [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, vragend bijvoeglijk nw. - m. enk., vragend bijvoeglijk nw. - m. mv., vragend voornaamwoord - enk., vragend voornaamwoord - mv.]
- of whom [betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent]
NL ES Spaans 7 vertalingen
- quien (pronoun) [of whom (relative), of whom (interrogative)]
- cuyos (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, of whom (relative)]
- cuyas (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, of whom (relative)]
- cuyo (o) [bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, of whom (relative), betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent]
- cuya (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, of whom (relative)]
- de quiénes (a) [vragend bijvoeglijk nw. - m. enk., vragend bijvoeglijk nw. - m. mv., vragend voornaamwoord - enk., vragend voornaamwoord - mv.]
- de quién (a) [vragend bijvoeglijk nw. - m. enk., vragend bijvoeglijk nw. - m. mv., vragend voornaamwoord - enk., vragend voornaamwoord - mv.]
NL FR Frans 4 vertalingen
- à qui [vragend bijvoeglijk nw. - m. enk., vragend bijvoeglijk nw. - m. mv., vragend voornaamwoord - enk., vragend voornaamwoord - mv.]
- dont [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, of whom (relative)]
- duquel (pronoun) [of whom (relative)]
- de qui (pronoun) [of whom (relative)] (pronoun)
NL DE Duits 3 vertalingen
- deren (o) [betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, of whom (relative)]
- dessen (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, of whom (relative)]
- wessen (pronoun) [of whom (interrogative), vragend bijvoeglijk nw. - m. enk., vragend bijvoeglijk nw. - m. mv., vragend voornaamwoord - enk., vragend voornaamwoord - mv.]
NL IT Italiaans 10 vertalingen
- delle quali (o) [betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent]
- il cui (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent]
- la cui (o) [betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent]
- i cui (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent]
- le cui (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent]
- della quale (o) [betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent]
- dei quali (o) [betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent]
- del quale (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent]
- di chi (a) [vragend bijvoeglijk nw. - m. enk., vragend bijvoeglijk nw. - m. mv., vragend voornaamwoord - enk., vragend voornaamwoord - mv.]
- cui (pronoun) [of whom (relative)]
NL PT Portugees 6 vertalingen
- quem (pronoun) [of whom (interrogative)]
- cujos (o) [betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent]
- cujas (o) [betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent]
- cujo (o) [bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, of whom (relative), betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent]
- cuja (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, of whom (relative)]
- de quem (a) [vragend bijvoeglijk nw. - m. enk., vragend bijvoeglijk nw. - m. mv., vragend voornaamwoord - enk., vragend voornaamwoord - mv.]
NL SV Zweeds 2 vertalingen
- vars (o) [betr. vnw. - personen - m. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. enk. antecedent, betr. vnw. - personen - vr. mv. antecedent, bettr. vnw. - personen - m. mv. antecedent, of whom (relative)]
- vems (pronoun) [of whom (interrogative), vragend bijvoeglijk nw. - m. enk., vragend bijvoeglijk nw. - m. mv., vragend voornaamwoord - enk., vragend voornaamwoord - mv.]
NL CS Tsjechisch 3 vertalingen
NL PL Pools 2 vertalingen
NL HU Hongaars 3 vertalingen
NL RU Rus 2 vertalingen
NL SL Sloveens 2 vertalingen
NL HI Hindi 2 vertalingen
NL JA Japanse 2 vertalingen
Woorden voor en na van wie
- van twee soorten
- van u
- van vel verwisselen
- van verdenking zuiveren
- van vlakbij
- van voren af
- van voren af aan
- van vroeger
- van weerskanten
- van wereldklasse
- van wie
- van zeer korte duur
- van zeer nabij
- van zich af houden
- van zich afschudden
- van zich afschuiven
- van zijn rente leven
- van zijn stuk
- van zijn stuk brengen
- van zijn stuk brengend
- van zijn stuk gebracht