NL Nederlands woordenboek van een afspraak maken naar een brug te ver
- Een afspraak maken
- een afspraakje hebben met
- een afspraakje maken met
- een akkoord bereiken over
- een alibi verstrekken
- Een ambt aanvaarden
- een ander
- een ander kanaal kiezen
- een andere
- een andere gedaante geven
- Een andere keer
- een andere naam geven
- een appel en een ei
- een averechtse uitwerking hebben
- Een avontuur beleven
- een back-up maken
- een backup maken
- een backup maken van
- een bad nemen
- een barrage rijden
- een beentje lichten
- een beetje
- een beetje bijnemen
- een bekeuring geven
- een belangrijke rol spelen
- een belasting heffen
- een belletje doen rinkelen
- een berekening maken
- een berisping geven
- een beroep doen op
- een besluit nemen
- een bewijs zijn
- een bezoek brengen aan
- een black-out hebben
- een blauwtje lopen
- een blijk van
- een blijvende indruk nalaten
- een blik werpen
- een blik werpen op
- een bocht maken
- een bod doen
- een boer laten
- een boete opleggen
- een bon geven
- een brandende kwestie
- een bres slaan
- een bres slaan in
- een breuk veroorzaken tussen
- Een bronskleur geven
- Een brug te ver